De LVM-studenten die deze notitie samenstelden, bestudeerden de mobiliteitssystemen in zeven landen en steden: Brazilië en Rio de Janeiro, Zweden en Stockholm, Finland en Helsinki, Letland en Riga, Portugal en Lissabon, Spanje en Madrid, en Italië en Florence. Per land is naast de eigen mobiliteitservaringen gekeken naar het beleid rond klimaat en transport en naar de grotere mobiliteitsplannen. Het maakt duidelijk dat elk land nog erg veel te doen heeft als het gaat om de klimaatopgave. Zweden, Finland en Spanje doen het hier wel aanmerkelijk beter dan Letland, Italië en Portugal.
Uit de verhalen van de landen en steden zijn acht producten gehaald die mogelijk interessant zijn voor de Nederlandse context. We pretenderen niet dat deze acht opties direct te kopiëren zijn naar de Nederlandse context. We nodigen wel uit om per product de vraag te stellen: Waarom eigenlijk niet hier?
1. OV is in nagenoeg alle landen en steden goedkoper dan in Nederland, en soms aanmerkelijk goedkoper.
Dit lijkt zelfs zo te zijn als je nuanceert voor de verschillen in inkomens per hoofd van de bevolking. Het roept vragen op. Hoe komt eigenlijk ons OV zo prijzig is? Is er in andere landen sprake van een forse ondersteuning van overheidswege? Of zit het systeem slimmer in elkaar?
2. Het bestaan van goed functionerende hoge-snelheidspoornetten
Dit geldt voor Spanje en Italië, maar je kunt stellen dat ook Finland (met ook veel nachttreinen) een stevig en goed draaiend systeem kent. Natuurlijk zijn deze landen groter dan ons land, maar je kunt je voorstellen dat er een systeem te ontwikkelen valt in Benelux verband, met uitlopers naar Nordrhein Westfalen en het Parijse Bekken.
3. De aanwezigheid van Bus Rapid Transit via het snelwegennet
BRT is vooral in Brazilië tot ontwikkeling gekomen. Het lijkt nuttig als aanvulling op het OV, maar dan via het snelwegennet. Er zijn weliswaar ontwikkelingen, ook in Nederland, maar het is betrekkelijk vreemd dat pas recent over een dergelijk systeem wordt nagedacht.
4. Een rechtvaardige mobiliteitstransitie vormgeven door een fors onderzoeksprogramma
In Zweden loopt op dit moment het programma: Rechtvaardige transitie in de transportsector. Hierin is zowel aandacht voor de mensen die in de mobiliteitssector werken als voor de mobiliteit-gebruikers. Dit project heeft tot doel de kennis te vergroten over hoe Zweden rond mobiliteit een transitie naar een fossielvrije samenleving kan organiseren.
5. Handige zonesystemen en 24 uursdienst in het stedelijk OV
Helsinki kent een uitgebreid stedelijke OV-netwerk, met zonesystemen die in essentie klantvriendelijk lijken te zijn. Dit zou een nuttige aanvulling kunnen zijn op het Nederlandse chipcard- systeem.
6. Een concreet doel voor het modal split beleid
Waar voor modal split meestal vage doelstellingen domineren, kiest Lissabon voor een andere benadering. De auto nam in 2017 ongeveer 46% van de reizen van en naar de stad voor zijn rekening, tegen slechts 22% met het openbaar vervoer. In het MOVE LISBOA, de Strategische Visie voor Mobiliteit 2030 wordt het omkeren van de huidige modal split gezien als de grootste uitdaging van het mobiliteitsbeleid voor de stad.
7. Goedkope deelfietsenplannen en elektrische steps als aanvulling op het OV
Je ziet deze aanvulling op het OV in Helsinki, Madrid en in Florence. Het lijkt soms alsof ons land de wet van de remmende voorsprong kent op dit punt. We hebben veel aanbod aan deelmobiliteit overgelaten aan de markt (op de OV Fiets na), waar in deze steden de stedelijke overheid de deelmobiliteit organiseert.
8. Ruimtelijke structuur als stimulans voor bereikbaarheid.
We kunnen, tot slot, leren van hoe een stad als Lissabon is opgebouwd. Veel kleine supermarkten, verspreid door de stad zorgen ervoor dat je vrijwel altijd kan lopen naar de supermarkt. Hetzelfde geldt voor kappers, bakkers, restaurants, noem het maar op. Elke wijk heeft echt een identiteit. Dit komt de verplaatsingen te voet zeer ten goede.